*Dit is een artikel uit het magazine Vitens Innoveert – Thema Winnen
Om het grondwatergebruik te beperken kijkt Vitens niet alleen naar het eigen gebruik, maar ook naar andere grondwaterbesparende maatregelen. Een goed voorbeeld is de proef met ondergrondse druppelirrigatie op proefboerderij De Marke in de Achterhoek. Naast waterbesparing zorgt deze techniek hopelijk ook voor minder uitspoeling van nutriënten en bestrijdingsmiddelen. Hydroloog Tom Hoogland en omgevingsmanager Onur Köse lichten het project toe.
“Veel agrariërs passen beregening toe om droogteschade te voorkomen of te beperken”, vertelt Tom. “In de meeste gevallen pompen ze daarvoor grondwater op. Vooral in droge jaren gaat het om enorme hoeveelheden water. Met de proef willen we onderzoeken of ondergrondse druppelirrigatie een goed en duurzaam alternatief is voor beregening. We denken dat met deze irrigatiemethode eenzelfde gewasopbrengst mogelijk is met een lager watergebruik. Bij beregening gaat namelijk een fors deel van het water verloren door lekverliezen, verwaaiing, verdamping, percolatie en bijvoorbeeld oppervlakkige afstroming.”
Onur vult aan: “Voor de proef – die we uitvoeren samen met de universiteit van Wageningen, de provincie Gelderland, waterschap Rijn en IJssel en de Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) – vergelijken we op De Marke gedurende drie jaar ruim tien proefvelden met een gelijk aantal referentievelden. In de proefvelden zijn op een diepte van dertig tot veertig centimeter onder het maaiveld irrigatieslangen aangebracht. Deze diepte komt overeen met de wortelzone van de ingezaaide gras- en kruidenmengsels die als voer voor koeien worden geteeld. Op de referentievelden worden dezelfde voedergewassen ingezaaid maar die worden niet extra bewaterd. De medewerkers van de proefboerderij bepalen zelf hoeveel water ze aan de verschillende proefvelden toedienen. Om hen bij hun keuzen te helpen, hebben we samen met Wageningen universiteit en de leverancier van het druppelirrigatiresysteem een handleiding ontwikkeld met richtlijnen voor geschikte irrigatiemomenten en waterhoeveelheden.”
Twee doelen
“Gedurende de looptijd van de proef gaan we uitgebreid monitoren”, aldus Tom. “We meten bijvoorbeeld de hoeveelheid irrigatiewater, de vochtigheid van de bodem en de stoffen in het bodemvocht. Ook meten we de groei van de gewassen, de drogestofproductie, het gebruik van meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen en biociden, de weerstand tegen droogte en de biologische en chemische processen in de bodem. Vorig jaar is het druppelirrigatiesysteem aangelegd en dit jaar, 2022, starten we met metingen in combinatie met de druppelirrigatie. De metingen willen we de komende drie jaar doen, zodat we inzicht krijgen in de werking van de ondergrondse druppelirrigatie in drogere en nattere jaren. Tijdens de proef blijven wij bij de nabijgelegen winning ‘t Klooster de gangbare hoeveelheden grondwater oppompen.”
“Met de proef streven we twee doelen na: klimaatbestendige landbouwsystemen ontwikkelen en waterbesparing.”
“Met de proef streven we twee doelen na. Het eerste doel is klimaatbestendige landbouwsystemen ontwikkelen, het tweede waterbesparing. Als agrarische bedrijven minder grondwater nodig hebben voor het bewateren van hun gewassen, blijft de grondwatervoorraad beter op peil en leidt ons grondwatergebruik minder snel tot schade aan de omgeving. Zeker op de hogere zandgronden speelt dit, omdat we daar in droge jaren met onze onttrekkingen vaak al tegen de grenzen aan zitten. Een ander doel is het beperken van de uitspoeling van nutriënten en bestrijdingsmiddelen. Deze stoffen spoelen vooral uit als er in één keer veel water op een akker komt, meer dan de gewassen kunnen opnemen. Als de grond in de wortelzone continu voldoende vochtig is, nemen plantenwortels nutriënten beter op en vermindert de uitspoeling van stoffen die nadelig zijn voor de grondwaterkwaliteit. Een bijkomend voordeel van een stabielere vochthuishouding is dat planten geen ‘droogtestress’ krijgen en minder vatbaar zijn voor plagen. Daardoor hoeft de agrariër minder bestrijdingsmiddelen te gebruiken.”
“We zijn ervan overtuigd dat een nieuwe techniek alleen breed wordt opgepakt als je mensen weet te enthousiasmeren.”
Enthousiasmeren
Hoewel de daadwerkelijke proef nog moet beginnen, denken Onur en Tom nu al na over het verspreiden van de opgedane kennis. Onur: “De proefboerderij in de directe omgeving van de winning ‘t Klooster is natuurlijk heel geschikt voor het uitvoeren van de proef, omdat de winning op de toch al droge zandgronden van de boerderij extra droogteschade veroorzaakt. Maar uiteindelijk gaat het er natuurlijk om dat we agrariërs in de regio over de streep weten te trekken als blijkt dat ondergrondse druppelirrigatie een goed alternatief is voor beregening én rendabel voor het produceren van veevoer. Daarom hebben we vanaf het begin de boerenvereniging Vruchtbare Kringloop Achterhoek en Liemers bij de proef betrokken en gaan we tussentijdse ervaringen delen. Hoe kunnen boeren bijvoorbeeld het irrigatiesysteem goed inregelen om bij droogte over voldoende en goed veevoer te beschikken? En hoeveel water kun je ermee besparen? We zijn er namelijk van overtuigd dat een nieuwe techniek alleen breed wordt opgepakt als je mensen meeneemt en weet te enthousiasmeren.”
Geïnspireerd?
Voor meer informatie of een samenwerking kunt u contact opnemen via tom.hoogland@vitens.nl of onur.kose@vitens.nl.